Tussen 2017 en 2019 gaan huishoudens gemiddeld 200 euro meer betalen voor energie. Dit blijkt uit een doorrekening van Vereniging Eigen Huis (VEH) over de aangekondigde maatregelen op Prinsjesdag en in het nieuwe regeerakkoord.
Hogere energiebelastingen zorgen voor een hogere energienota. Nieuwe stimuleringsmaatregelen, zoals subsidies om je huis energiezuiniger te maken, zijn nog niet aangekondigd. Daardoor lijkt het erop dat veel huishoudens er behoorlijk op achteruit gaan, volgens VEH. Met Prinsjesdag werd al bekend gemaakt dat de energiebelasting in 2018 met 70 euro zal stijgen.
Regeerakkoord
Het nieuwe Kabinet wil dat in 2021, het einde van deze kabinetsperiode, nieuwe woningen en panden in de regel niet meer met gas verwarmd worden. De ambitie is om in 2021 jaarlijks vijftigduizend aardgasloze woningen op te leveren.
Daarnaast bestaat de intentie om dertigduizend tot vijftigduizend bestaande woningen per jaar gasvrij te maken of zo energie-efficiënt te laten zijn dat ze op korte termijn gasloos gemaakt kunnen worden. Gasloze bouwinitiatieven kunnen daarom wel op een financiële tegemoetkoming rekenen, maar dat geldt niet voor de consument.
Belasting op gasverbruik omhoog
In het regeerakkoord staat dat het energiebelastingtarief voor gasgebruik omhoog gaat, terwijl de belastingvermindering voor consumenten afneemt. Die optelsom zorgt ervoor dat de energienota tussen 2017 en 2019 gemiddeld met 200 euro per huishouden stijgt. Het is nog onduidelijk hoe de nieuwe regering huiseigenaren gaat ondersteunen om energie te besparen.
Volgens de berekening van VEH betaalt een gezin met een gemiddeld energieverbruik (3.500 kWh elektriciteit en 1.500 m3 gas) in 2017 ongeveer 570 euro aan belastingen. Die belasting wordt in rekening gebracht via de energierekening. Volgens het regeerakkoord zal dit bedrag in 2019 oplopen naar ongeveer 770 euro, een stijging van bijna 34 procent.