overheid

De doelstelling van het kabinet om in 2020 14 procent van de energie duurzaam op te wekken, is volstrekt onhaalbaar.

Dat meldt RTL Nieuws op basis van een rapport dat RTLZ in handen heeft. In het rapport analyseren onder meer het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en het Ruimtelijk Planbureau hoe de energievoorziening in Nederland ervoor staat.

De conclusie, schrijft RTL Nieuws op basis van het rapport Nationale energieverkenning 2014, is dat de doelstellingen niet worden gehaald. Oorspronkelijk wilde het kabinet in 2020 16 procent van de energie duurzaam produceren. Die doelstelling is opgeschoven naar 2023. Het huidige doel is om in 2020 op 14 procent duurzame energie te zitten.

Maar, zo zou blijken uit het rapport, bij de “meest plausibele schatting” waarin rekening wordt gehouden met alle onzekerheden, zal het aandeel hernieuwbare energie in 2020 uitkomen op 10,6 procent.

Als het beleid wordt gevolgd wat ingezet is, komt het aandeel hernieuwbare energie uit op 12,6 procent, wat onder de 14 procent zit die het kabinet in 2020 wil halen.
Op de lange termijn wil het kabinet een volledig duurzame energievoorziening in 2050.

Tags
Share

Een meerderheid van de Nederlandse stemmers wil dat Nederland en andere EU-landen verplicht worden om meer groene stroom op te wekken en energie te besparen.

Dat blijkt zondag uit gegevens van TNS Nipo. Het onderzoek onder kiezers van de zes grootste politieke partijen is in opdracht van milieuorganisatie Greenpeace uitgevoerd.
Van de ondervraagden wil 69 procent een verplichting voor het opwekken van een bepaalde hoeveelheid schone energie. En 70 procent wil dat elke EU-lidstaat verplicht wordt om binnen de industrie, gebouwen en het verkeer energie te besparen.

Daarnaast vindt twee derde dat het eigen land koploper moet worden van het opwekken van schone energie. Volgens Greenpeace staat Nederland nu nog in de top vier van slechtste presteerders.

Investeringen
Ook meent ruim driekwart van de kiezers dat er meer geld geïnvesteerd moet worden in duurzame energie zoals zon, wind en planten(resten). Bijna de helft, 45 procent, ziet in het besparen van energie een goed alternatief.
Bijna een derde van de ondervraagden kiest voor import van energie vanuit landen zoals de Verenigde Staten en Noorwegen of uit Noord-Afrika. Een kleine minderheid van 15 procent ziet kernenergie als alternatief, maar over schaliegas (6 procent) en steenkool (3 procent) is de overgrote meerderheid negatief.

Doelen
“Nederlanders willen harde doelen en schone oplossingen om minder afhankelijk te worden van Rusland”, zegt campagneleider van Greenpeace Joris Wijnhoven. “Maar ons kabinet wil zich aan geen van deze duidelijk uitgesproken wensen commiteren.”
Volgens de milieuorganisatie zijn er alternatieven, zoals groene energie, voor de import van Russisch gas, zonder dat gas uit andere landen geïmporteerd hoeft te worden.
De organisatie pleit voor 55 procent minder CO2-uitstoot, 45 procent schone energie en 40 procent energiebesparing in EU-verband.
De Europese Commissie houdt lagere percentages aan van respectievelijk 40 procent, 27 procent en 30 procent. Ook wil de commissie de laatste twee doelen niet bindend maken. Het Nederlandse kabinet zou dat steunen.

Slap
“Maar de Tweede Kamer heeft eerder laten doorschemeren de inzet van het kabinet slap te vinden. Zeker de crisis rond Oekraïne maakt evident dat het kabinet tot een scherpere inzet gedwongen moet worden”, meent Wijnhoven.

Greenpeace liet het onderzoek doen in aanloop naar de People’s Climate March. De organisatoren hopen dat het de grootste klimaatdemonstratie ooit wordt.

TNS Nipo ondervroeg voor dit onderzoek 1.086 kiezers van de zes grootste politieke partijen VVD, PvdA, PVV, CDA, SP en D66.

Share

Nederland zet vandaag een belangrijke stap op weg naar een schone toekomst. Ruim veertig organisaties, waaronder de overheid, werkgevers, vakbeweging, natuur- en milieuorganisaties, andere maatschappelijke organisaties en financiële instellingen, verbinden zich aan het Energieakkoord voor duurzame groei. Kern van het akkoord zijn breed gedragen afspraken over energiebesparing, schone technologie en klimaatbeleid. Uitvoering van de afspraken moet resulteren in een betaalbare en schone energievoorziening, werkgelegenheid en kansen voor Nederland in de schone technologiemarkten.

Download op deze pagina het Energieakkoord

Doelen Energieakkoord

In het Energieakkoord zijn concreet de volgende kwantitatieve afspraken gemaakt:

  • een besparing van het finale energieverbruik met gemiddeld 1,5 procent per jaar; of te wel 100 PJ aan energiebesparing per 2020;
  • een toename van het aandeel van hernieuwbare energieopwekking (nu 4 procent) naar 14 procent in 2020, en
  • een verdere stijging van dit aandeel naar 16 procent in 2023;
  • 15.000 banen, voor een belangrijk deel in de eerstkomende jaren te creëren.

Tien pijlers

Het Energieakkoord is opgebouwd op tien zogenaamde pijlers:

  1. energiebesparing in de gebouwde omgeving en efficiëntieverbetering in het bedrijfsleven;
  2. opschalen van hernieuwbare energieopwekking;
  3. stimuleren van decentrale duurzame energie;
  4. gereedmaken van energietransportnetwerk;
  5. goed functionerend Europees systeem voor emissiehandel;
  6. CCS en kolencentrales;
  7. mobiliteit en transport;
  8. werkgelegenheid en scholing;
  9. stimuleren commercialisering voor groei en export;
  10. financiering van duurzame investeringen.

Alle daken van een straat. Het complete dak van een school, of van een flatgebouw. Vanaf 1 juli wordt het mogelijk om niet alleen als particulier, maar ook als groep consumenten een nette vergoeding terug te krijgen voor zelf opgewekte energie met zonnepanelen. Dat staat zo in een voorgestelde wijziging van de Elektriciteitswet. P+ biedt deze brief van de minister als PDF aan.

Het terugleveren van energie aan het net en daar geld voor krijgen heet salderen. Particulieren mochten dat wel, maar Verenigingen van Eigenaren of coöperaties niet. Vanaf 1 juli 2013 echter wel, zo lang ze maar die zonne-panelen maar niet als een bedrijf gaan exploiteren. Dit staat in een voorgestelde wijziging van de Elektriciteitswet, Gaswet en Warmtewet.

De huidige grens van vijfduizend kWh per jaar is ongunstig als er meer energie wordt opgewekt, wat al snel gebeurt als de inwoners van een straat gezamenlijk zonnepanelen kopen. Dit geldt met name ook voor een Vereniging van Eigenaren of een woningcorporatie die zonnepanelen op het dak van een woningcomplex hebben aangebracht.

De prijs per kWh voor elektriciteit die van het net wordt afgenomen is nu gemiddeld namelijk tot drie keer zo hoog als de vergoeding die wordt betaald voor aan het net geleverde eigen opgewekte elektriciteit.

De wijziging was in eerste instantie alleen bedoeld voor Verenigingen van Eigenaren. De regeling is nu uitgebreid zodat bijvoorbeeld ook scholen of verhuurde wooncomplexen er gebruik van kunnen maken. De wet heeft wel twee restricties:

1. De onbeperkte saldering van duurzaam opgewekte elektriciteit geldt alleen voor kleinverbruikers

2. Saldering is alleen mogelijk via de aansluiting waarmee zowel elektriciteit aan het net wordt geleverd als elektriciteit van het net wordt afgenomen.

Het wetsvoorstel geeft een belangrijke extra mogelijkheid om een eigen duurzame elektriciteit rendabel te maken. Zonnepanelen die meer dan 5000 kWh per jaar opwekken, zullen in de toekomst financieel namelijk veel interessanter worden. Niet-bedrijfsmatige afnemers zullen zo wellicht sneller besluiten om een eigen energieopwekking te installeren.

Deze maatregel in het ‘overgangsrecht’ is te vinden in de toelichting van de minister van Economische Zaken, landbouw en Innovatie: “Mede in het licht van de recente motie Van der Werf en Wiegman- van Meppelen Scheppink (Kamerstukken 33000 XIII nr. 69) over het decentraal opwekken van duurzame energie is het overgangsrecht bezien. Om tot de tijd dat de in deze motie gevraagde mogelijkheden onderzocht en waar mogelijk geïmplementeerd zijn, niet onnodige lasten op te leggen aan bestaande initiatieven voor de decentrale opwekking van duurzame energie die over een ontheffing op grond van artikel 15, tweede lid, onderdeel b, van de Elektriciteitswet 1998 of artikel 2a, eerste lid, onderdeel b, van de Gaswet beschikken, heb ik het overgangsrecht voor deze groep ontheffinghouders verruimd.”

Er is dus de komende jaren volop te experimenteren met vormen van ontheffingen, waarna een onderzoek tot een definitieve regelgeving zal zorgen.

Bron: P+

Share

Ondernemers die kansen zien in het duurzaam opwekken van energie worden daarin gesteund door de overheid. In 2013 is 3 miljard euro beschikbaar voor groene projecten, die er mede voor moeten zorgen dat er in 2020 16 procent van alle energie duurzaam wordt opgewekt. Dat schrijft minister Kamp van Economische Zaken (EZ) vandaag aan de Tweede Kamer.

“Duurzame energie is niet alleen van belang voor een gezondere economie, maar biedt ondernemers ook kansen”, aldus minister Kamp. “Daarom stellen we meer geld beschikbaar. Ook zorgen we ervoor dat ondernemers zo veel mogelijk zekerheid krijgen bij hun investering door de spelregels niet te veranderen”.

Stimuleren groene energie
Duurzame energie is duurder dan energie opgewekt met behulp van bijvoorbeeld gas en kolen. Dat prijsverschil wordt kleiner naarmate duurzame technieken verder ontwikkeld worden. Om de productie en ontwikkeling van groene energie te stimuleren geeft de overheid een compensatie voor het prijsverschil.

Aanvraag vanaf april
De steun wordt gegeven via de stimuleringsregeling duurzame energie (SDE+), uitgevoerd door AgentschapNL. De spelregels worden eind januari in de Staatscourant gepubliceerd. Vanaf april kunnen ondernemers een aanvraag indienen. Ondernemers krijgen daarmee ruim de tijd om groene projecten uit te werken en aanvragen voor te bereiden.

Resultaten 2012
In 2012 bedroeg het budget nog €1,7 miljard. Dankzij de steun van de overheid worden projecten om energie op te wekken via onder meer aardwarmte, zonnepanelen en vergisting van mest en afvalstoffen opgestart. Hiermee kan voldoende duurzame energie worden opgewekt om 300.000 huishoudens een jaar lang van energie te voorzien.

Bron: Rijksoverheid

Share